Duitsland is dé aanvoerder als het gaat om beleggingen door beursgenoteerde vastgoedbedrijven op de Europese huurwoningmarkt. In 2013 was de totale marktwaarde van de verhandelbare aandelen in deze sector nog €5 miljard. Dit jaar is dat uitgegroeid tot €52 miljard. Vanuit het buitenland wordt er met jaloezie gekeken naar deze florerende huurwoningmarkt. Dit succes is onder meer te danken aan de sterk gereguleerde en geprivatiseerde huurmarkt.
Regulering en privatisering
De relatief strenge regels voor de huurmarkt maken Duitse woningen aantrekkelijk voor beleggers. Doordat huurders betaalbaar kunnen wonen, kopen ze minder vaak een huis. Vergeleken met andere Europese landen geeft men in Duitsland weinig uit aan huur. In Duitsland wordt hieraan gemiddeld 20% van het netto-inkomen besteed. Mede hierdoor bestaat meer dan de helft van de ca. 42 miljoen woningen in Duitsland uit huurwoningen. Een groot deel is in privaat bezit. Een kleine 1 miljoen van de huurwoningen is in handen van beursgenoteerde fondsen.
Ook blijven Duitse huurders vaak lang op dezelfde plek, gemiddeld tien jaar. Als een huurder langer blijft huren wordt die beschermd tegen huurstijging door de opgelegde regels. Gaat een huurder een nieuw contract aan dan is er eveneens huurbescherming, echter stijgt de huur dan sterker. De langdurige contracten bieden woningbeleggers een stabiel inkomen, wat aantrekkelijk is voor de beleggers.
De privatisering speelt tevens een rol in de grote interesse in Duitse huurwoningen. Rond de eeuwwisseling verkochten Duitse woningcorporaties een groot deel van hun bezit. Tevens belandden veel woningen die bedrijven hadden voor hun medewerkers op de markt. Dit heeft geresulteerd in een zeer omvangrijke markt voor beleggers.
Ondanks de regulering zijn gesprekken over de stijgende huren in grote steden zoals Berlijn de orde van de dag. Ook Duitsland heeft namelijk te kampen met een woningtekort en het aantal gedwongen uithuiszettingen stijgt. Er zijn in Duitsland per jaar ongeveer 400.000 extra woningen nodig en er worden jaarlijks nog geen 300.000 woningen opgeleverd.
Woningen in Berlijn - Foto: Adrian Trinkaus
En in Nederland?
In Nederland bestaat circa 43% van de totale woningvoorraad uit huurwoningen. Maar liefst 69% hiervan is in handen van woningcorporaties. In Nederland kent men ook huurbescherming. Zo kennen huurwoningen die onder de liberalisatie grens vallen een maximale huurprijs die tot stand komt middels een puntensysteem. Dit geldt echter niet voor huurwoningen met een huurprijs boven de liberalisatiegrens van € 710,68. In bijvoorbeeld Amsterdam en Utrecht kunnen huurwoningen hierdoor tegen de hoofdprijs in de vrije sector verhuurd worden. De afgelopen jaren is de interesse in huurwoningen in Nederland fors toegenomen. Mede door factoren als huurbescherming en de krapte op de woningmarkt is ook hier sprake van een aantrekkelijk risico-rendementsprofiel.